MINIBRIDGE
- bridge voor beginners -
LES 9 - Spelen en tegenspelen
Mijn gelukwensen met je diploma voor LES 8. We starten met LES 9!
WAT LEREN WE IN DEZE BRIDGELES
PLAATJESPUNTEN
In LES 2 heb je geleerd dat de AAS de hoogste kaart is en de TWEE de laagste. Nu gaan we de vier beste kaarten in elke KLEUR een puntenwaarde geven. We spreken van plaatjespunten en korten dit hier af door PP.
Een AAS heeft 4PP, een HEER heeft 3PP, een DAME heeft 2PP en een BOER heeft 1PP. De kaarten 10 tot en met 2 hebben geen plaatjespunten.
Elke kleur heeft 10PP!
Door de plaatjespunten krijg je een idee welke speler de beste kaarten heeft.
- WEST: ♠HB98 - ♥752 - ♦H108 - ♣A96 = 11PP
- NOORD: ♠A76 - ♥VB63 - ♦9743 - ♣H8 = 10PP
- OOST: ♠1054 - ♥A108 - ♦VB65 - ♣753 = 7PP
- ZUID: ♠V32 - ♥H94 - ♦A2 - ♣VB1042 = 12PP
Als je al de PP samentelt, dan kom je aan 40PP (=10PP per KLEUR).
SPELEN EN TEGENSPELEN
Elke speler telt zijn plaatjespunten (=PP) en zegt die luidop. De deler begint. Controleer of er geen telfouten zijn gemaakt door de PP van de spelers samen te tellen. Dit moet altijd 40 zijn.
Het paar met de meeste PP samen is het SPELENDE PAAR! Het andere paar gaat TEGENSPELEN!
Het spelende paar moet dus samen altijd meer dan 20PP hebben. ALs beide paren evenveel plaatjespunten hebben (= 20PP), dan wordt er opnieuw gedeeld.
LEIDER EN DUMMY
Het SPELENDE PAAR gaat nu de taken verdelen.
De speler van het spelende paar met de meeste plaatjespunten wordt de LEIDER.
Zijn partner wordt DUMMY.
Als beide spelers van het spelende paar evenveel plaatjespunten hebben, dan kiezen ze zelf wie LEIDER en wie DUMMY wordt.
De DUMMY zal nu al zijn kaarten open op tafel leggen in de kijkrichting van de LEIDER. Hieronder een voorbeeld.
Een leuke oefening: hierboven liggen de kaarten van jouw DUMMY. Hoeveel PP heb jij dan minimum als LEIDER? Hier komt het antwoord: DUMMY heeft ♥AH - ♣V - ♦HV = 14PP. Om LEIDER te zijn heb je minimum 14PP.
WE KUNNEN NU ECHT STARTEN MET MINIBRIDGE!
De speler links van de LEIDER mag uitkomen. Daarna zal de LEIDER bepalen welke kaart de DUMMY mag leggen. Vervolgens is de derde man aan de beurt en dan de LEIDER.
De speler die DUMMY is, mag niks zeggen en ook de LEIDER niet helpen. Als de DUMMY aan de beurt is, dan legt hij de kaart die door de LEIDER wordt aangeduid.
DE MINIBRIDGE QUIZ
Beantwoord onderstaande vragen. Heb je al de vragen juist, dan behaal je het minibridge LES 9 diploma en ben je klaar voor de LES 10 van deze cursus minibridge.
Beantwoord nu de vragen van de minibridge quiz.
MINIBRIDGE VOOR BEGINNERS
© Copyright Minibridge.eu 2016. Alle rechten voorbehouden.